woensdag 16 april 2014

Mary

“Today's your lucky day 'cause I'll be your guide” knipoogde de zwartharige Mary die er in haar strakzittende outfit en zwaar met kohl omlijnde ogen uitzag als een nogal tempramentvolle Doctor Who-compagnion. Ik had net bij haar collega (in een T-shirt van The Kills) een kaartje gekocht voor de toren van Chester Cathedral. Chester was ooit waarschijnlijk de grootste Romeinse vesting in Britannia en het stond daarna eeuwenlang op de grens tussen Wales en Engeland, wat het leven er bepaald niet eenvoudiger op maakte. Ik had nog tien minuten voor ik met Mary in de toren zou worden ingesloten en dat was ruim voldoende tijd om te denken aan mijn hoogtevrees, mijn duizelingen en mijn paniekaanval op de nauwe wenteltrap van de Duomo in Florence. Die morgen hadden we al met gids Steve over de niet al te hoge stadsmuren gelopen en vele verhalen gehoord over de gruweldaden door de eeuwen heen van de Fierce Welshmen, en door hun fierceness begeestigd durfde ik toch die 219 treden van die zeer smalle wenteltrap aan me te onderwerpen. Tegelijk wist ik dat omhoog gaan niet het probleem is, maar dat het de immer dalende wenteltrap is die mijn angsten voedt. Boven op de toren, toen ik heel Wales kon overzien en ook nog een deel van Engeland, en wolken voor de zon wegschoven en de klokken gingen luiden en Mary's lange zwarte haar door een windvlaag werd gegrepen en in mijn gezicht sloeg wist ik dat ik mijn afdaalangsten zou overwinnen. Vandaag. Nu. Mary ging voor. Ze vertelde dat ze ons had ingesloten op de trappen, omdat je, als je al dalende een tegenligger zou ontmoeten er een dode zou vallen, omdat er hier slechts plaats is voor één van ons.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten