maandag 28 maart 2011

In orde

In Amsterdam is alles in orde, de lente was even doorgebroken, je weet wel, terrassen vol witbier, maar gelukkig miezert het nu weer. Mooves heeft het druk, en een twitter account.
Maar veel meer dan dat in Amsterdam alles in orde is heb ik niet te melden. De volstrek normale berg met onbegrijpelijke administratie, de nimmer afwezige twijfel of ik mijn werkruimte wel efficiënt doch gezellig heb ingericht, de opeenvolgende deadlines die ik heus wel had kunnen halen.
Vorige week waren Remco & ik even terug in Libanon. Helaas niet fysiek, alleen in ons hoofd. We hebben een strip gemaakt: Lente, die zich afspeelt in Prague, een bar in Beiroet. Het is een heuse dagboekstrip geworden. Mijn eerste. Nu ben ik pas echt een vrouw. Alles is in orde.

dinsdag 22 februari 2011

Eindverslag Residency in Beiroet

De eerste indruk

Op vrijdagochtend 15 oktober kwamen we aan op Rafik Hariri Airport. In de taxi naar de stad zagen we wel honderd keer de glimlach van de Iraanse president Ahmadinejad. Speciaal voor zijn staatsbezoek van de vorige dag had Hezbollah alle billboards afgehuurd en gevuld met de afbeelding van vriend Ahmadinejad. Welkom in Libanon.
De volgende avond nam Amal Issa, de assistent-director van Ashkal Alwan ons mee naar een feest op het dak van een hoog, kapotgeschoten, leegstaand gebouw. Het gebouw is te duur om af te breken en de eigenaren verdienen aardig aan het mega-billboard op het dak dat ze verhuren als advertentieruimte. Hier glimlachte gisteren nog Ahmadinejad maar nu verzamelde zich de art scene van Beiroet om taart te eten, jointjes te roken, shotjes wodka achterover te slaan en te dansen op de muziek van Amy Winehouse. Wij zaten aan een tafeltje op de rand van het dak toen er een lange bebaarde man in rap arabisch tegen Amal begon praten terwijl er een dronken mollig Nieuw-Zeelands meisje om zijn middel bungelde. Amal keek hem verveeld aan, sloeg haar shotje wodka achterover en vertaalde voor mij: He thinks we're all here for a reason. Ik herkende in haar de angst om verzeild te raken in een dronken discussie over predestinatie en vrije wil. We namen een shotje kaneelwodka en deden de discussie af met een opmerking dat we bestaan because our parents had sex. Amal voegde daar dromerig aan toe maybe they didn't even like it.
Na nog wat discussies over bijvoorbeeld 9/11 als nihilistisch kunstwerk dat afrekent met het modernisme stommelden Amal, haar vriend, een literatuurprofessor, Remco en ik de 8 trappen af, kropen in Amals zwarte Renault en werden naar huis gereden. Overdag is het 32 graden, 's nachts 29. Welkom in Beiroet.

Kunst in Beiroet

Ashkal Alwan organiseert jaarlijks de tentoonstelling Exposure in het Beirut Art Center om upcoming artists "exposure" te geven. Nu kun je van een tentoonstelling met dat doel verwachten dat er nauwelijk samenhang in te ontdekken valt, en dat klopte dit jaar. Ik heb erg mooie werken gezien en ik heb me weer eens erg gestoord aan de woorden die kunstenaars gebruiken om hun werk te omschrijven. Een videokunstenaar omschreef zijn werk als: de ruimte tussen herinneringen en taal. Aarg, wat betekent dat? Van de video zelf was ik wel erg onder de indruk, het was een reisje met de auto door Beiroet, gefilmd met een handycam vanaf de achterbank. De voice-over van de kunstenaar haalde herinneringen op aan het (recente) oorlogsverleden van de specifieke plekken. Bij elk verhaal bleef het beeld haperend staan op die plek. Die haperingen waren erg mooi en werkten goed, omdat het de kwetsbaarheid van de videotape, de herinnering en de fysieke plek gelijktijdig benadrukt. Bovendien kun je bij zo'n werk je lekker als toerist laten rondrijden in een auto met een gids.
Natuurlijk hebben we ook echt voor toerist gespeeld, bijvoorbeeld toen we het Nationale Museum van Beiroet bezochten. Het museum is niet groot, wel stijlvol. Veel Phoenicische, Byzantijnse, Hellenistische en overige oudheden. Opvallend was dat sommige Griekse beeldhouwwerken van ver vòòr Alexander de Grote bleken te zijn. Het meest geraakt was ik door de documentaire over hoe het museum de Libanese burgeroorlog (1975-1991) is doorgekomen. Uit voorzorg had men de sarcofagen en andere grote werken in versterkt beton gegoten. De Romeinse mozaïeken met bubbeltjesplastic omwikkeld ondergedompeld in een cementbadje. De kleinere oudheden en kunstvoorwerpen werden opgeslagen in de diepe kelders van het gebouw. Maar toch. De oorlog. De collectie heeft zwaar geleden onder zoutwater-corrosie, verwaarlozing en bombardementen. De 17.000 handgeschreven boeken uit de biblotheek zijn onder een dikke laag modder terecht gekomen.
Maar dan gaat de documentaire verder en zie je hoe tussen 1993 en 1996 de sarcofagen en sfinxen bevrijd worden uit hun betonnen omhulsels, hoe tientallen mensen de kunstvoorwerpen minutieus ontdoen van modder met speciale kwastjes en hoe beschadigde voorwerpen gerestaureerd worden. Zo komt alles toch nog goed.
In het BEC (Beirut Exhibition Center for Contemporary Art, niet te verwarren met BAC, Beirut Art Center) liep in november de expositie Salon D'Automne. Dit is waarschijnlijk de beste expo die ik in mijn leven gezien heb op het gebied van moderne kunst. Libanese kunstenaars lijken er in tegenstelling tot populaire westerse kunstenaars niet op uit om hun publiek te "shockeren", "aan het denken te zetten" of "een spiegel voor te houden". (Om maar wat van dat discours te noemen.) Het alledaagse leven in het sterk verzuilde en tegelijk kosmopolitische Libanon en het recente oorlogsgeweld brengt een heel ander soort kunstwerken voort. De kunstwerken in het BEC zijn technisch goed uitgevoerd, wat wijst op klassiek ambachtelijk kunstonderwijs en ver weg staat van het conceptuele denken dat de Nederlandse academies al decennia in zijn greep houdt. De kunstwerken zelf zijn soms heel heftig maar dat is nooit een statement op zichzelf. Zo hangt er een prachtig schilderij van Tamara Haddad, een kustlandschap; de lichtval in dit werk doet aan Rembrandt denken, de weidsheid aan Ruysdael. Tot zover de technische uitvoering. In dit landschap staat namelijk ook een lange afstandsraket opgesteld. De titel is "Occupation". De indruk die dit schilderij op mij maakt is een treurige maar vol berusting. Het is geen statement, het is gewoon zoals het was, en gelukkig gaat het nu weer wat beter in Libanon.
Voorts is er in de hele expositie geen enkel kunstwerk dat consumentisme aan de orde stelt, of imperialisme. Er worden geen schuldigen aangewezen en geen slachtoffers, we zijn slechts mensen en we kunnen geen recht claimen op vrede of voorspoed.
De expositie was, zoals alle exposities in Beiroet, gratis toegankelijk. Dat in tegenstelling tot de permanente tentoonstelling van het Nationale Museum, waar een fikse entreeprijs armlastige Libanezen buiten de deur houdt en hen zo de toegang ontzegt tot hun rijke geschiedenis.

Animatie- en stripcultuur

In December keken enkele honderden mensen op Place des Martyrs naar de finalisten van het 3d Mapping Event waarbij er animaties geprojecteerd werden op het pand van organisator UFA. Een pand dat mij overigens volkomen ongeschikt leek om op te projecteren met zijn art deco gietijzeren balkonnetjes, gestucte ornamenten en boogvormige raampartijen, maar de Libanese animatoren bleken deze handicaps eerder als een kans te zien om zich te onderscheiden en namen de hordes gracieus. Zoals in elke animatiecompetitie verschilde de kwaliteit van het werk nogal, werden er diverse technieken gebruikt en is me ontgaan wie er nou gewonnen heeft.
Later op de avond dronken we bier met Alain, een Libanese animatie-entrepeneur met wie we al een paar weken mailden. Hij was de jury en eigenlijk ook de initiator maar toch ook weer niet want hij kwam uit de verkeerde familie of juist uit een te goede familie. (Dat gedeelte van de Libanese cultuur zal ik wel nooit helemaal vatten.) Alain zat er een beetje doorheen. Melancholiek zuchtend verklaarde hij voor ons de stand van zaken. In Libanon zijn geen animatieproducenten, de animatoren willen geen vrij werk maken en pogen slechts veel geld te verdienen in de Advertising Industry of om bij Pixar te gaan werken en er bestaan ook al geen subsidies. Maar het ergste is toch dat er geen producenten zijn. Alain zuchtte nog dieper. Ach, om een producent te hebben, iemand die je kan motiveren, stimuleren, die de zakelijke kant van je project kan vertegenwoordigen, die een klankbord is voor alle artistieke problemen, iemand die de kar wil trekken, je werk de wereld in wil sturen etc etc...
Op dezelfde avond werdt er elders in de stad de nieuwe Samandal gepresenteerd. Samandal is een striptijdschrift in boekvorm dat eens per kwartaal verschijnt. Als je het boek ondersteboven leest, lees je Engels- en Franstalige strips, lees je 'm achterstevoren dan lees je Arabische strips. Samandel is een collectief van strip- en animatiemakers. Ze organiseren ook een animatiefestival. Niemand van hen heeft ooit van Alain gehoord. 

Politieke Spanning

Elke dag stonden er militairen overal in de stad in mijn ogen onschuldige gebouwen te bewaken. De dreiging ontging me volledig. Als je langs liep zeiden de meesten: Welcome! How are you? Maar de krantenkoppen schreeuwden de retorische dreigementen van het zwaar bewapende Hezbollah. Bijvoorbeeld dat ze de handen zullen afhakken van een ieder die met hun vinger naar hun wijst.
Op maandag 22 november vierde Libanon zijn onafhankelijkheidsdag. Om deze nationale feestdag op gepaste wijze luister bij te zetten was er een grootse militaire parade. Langs en over ons huis trok een nogal bonte stoet van tanks, helicopters, afweergeschut, brandweerauto's en zo meer. Inclusief de 21 tanks die premier Hariri jr. onlangs van Poetin kreeg. Al het materieel van het Libanese leger bestaat uit cadeautjes van de Verenigde Staten, Rusland en Frankrijk. Het zag er allemaal heel erg onafhankelijk uit.
Op 11 januari stapten de ministers van Hezbollah op en viel de coalitie. Op dat moment zaten we in café Demo in Gemmayzeh met Ghassan en zijn vriendin te kletsen. Ghassan heeft een spectaculaire animatiemachine ontworpen. Maar goed, plots gingen er allemaal mobieltjes af. Er bleken straten te zijn afgezet verderop in de stad en het verkeer was lamgelegd. Wij liepen naar buiten, waar de auto's gewoon doorreden, om bij Ghassan thuis naar zijn animatiemachine te kijken. Ondertussen bleven de telefoons rinkelen. Nog wat uurtjes later zijn we met een taxi van Gemmayzeh door Downtown terug naar Ain Mreisseh gereden, en er leek niks aan de hand te zijn. De volgende dag waren de scholen gesloten en hing er een vreemde spanning in de stad. Amal verzekerde dat het nog wel een paar dagen zou duren voordat Hezbollah haar achterban had gemobiliseerd en dat de straten voorlopig veilig waren.

Over ons werk en ontwikkeling

Beiroet is terug te zien in het storyboard van Bloom, dat overigens niet af is gekomen tijdens ons verblijf. In het scenario heb ik hele scenes herschreven om bepaalde karakters te modelleren naar mensen die ik heb gesproken in Libanon. Ze hebben allen oorlogen meegemaakt en de manieren waarop ik mensen daarover heb horen praten had ik nooit zelf kunnen verzinnen.
Het verblijf in Beiroet heeft op mij als kunstenaar een grote indruk gemaakt en die indruk werkt door nu ik terug in Amsterdam ben. Ik ken de verhalen van mensen die (tijdelijk) in andere landen gewoond en gewerkt hebben en ik wil hier niet gaan opdissen hoe het je kijk op je leven verandert en welke nieuwe vergezichten zich geopenbaard hebben. Dat is wel gebeurd maar ik weet nog niet hoe dit mijn leven en werk gaat beïnvloeden. Het enige wat ik er al wel over kan zeggen is dat ik nog sterker dan voorheen begrijp dat men altijd een partij is in de ogen van de ander. En dat je dan net zo goed je statements duidelijk kunt uitdragen.
Christine Tohme, de directeur van Ashkal Alwan heeft ons gevraagd om volgend jaar een workshop te geven tijdens Homeworks 6. Ik kan niet wachten om terug te gaan.




zondag 23 januari 2011

One hundred percent?

We gingen naar een feestje in Zigo House. We liepen al zeker een minuut of 8 alsmaar rechtdoor vanaf ons huis en het zou dus hier ergens moeten zijn. Een oud wit huis. Tja. Ik bleef staan om een foto te nemen van de torenhoge paspoppen in een etalage. Size does matter. Aan de overkant van de straat liep een jongeman een trap op naar een oud wit huis. Zonder er bij na te denken volgden we hem. Het was een uur of tien en we kenden niemand. In een hoekje zat een DJ te VJ'en. Hij speelde een levensgrote Egyptische film af uit de vroege jaren 60. Met boeven en agenten, nonnen, mooie vrouwen en intriges. Louis de Funes kon er elk moment tussen springen maar dat deed hij niet. Aan de hoge rode muren hingen portretten en advertenties, ook heel jaren 60, van, jawel, mooie vrouwen en filmsterren. We kenden ook daar niemand van. De bar was achterin en daarnaast was de tuin. We zetten ons neer onder de bomen en vervolgden onze discussie over...ach laat ook maar. Van binnen klonk de trashy Arabic & Egyptian pop music steeds harder. Het was druk geworden en opeens kenden we iemand, en toen nog iemand en toen raakten we verzeild in een gesprek over het discours waarbinnen moderne kunst gedefinieerd en omschreven wordt en nog iets later vroeg een fashion designer to be aan Amal wat dat eigenlijk inhoudt: artist-in-residence. Eigenlijk had ik op dat moment een heel ander gesprek, met een heel ander iemand, over onze etnische afkomt. Deze Amerikaanse Palestijn met katholiek Libanese moeder vroeg zich verbaasd af of ik echt one hundred percent Dutch was. Maar ik schoof zijn ongeloof even opzij en spitste mijn oren om van Amal te horen wat het eigenlijk inhoudt, artist-in-residence. Ik kon maar de helft verstaan maar die helft was goed: Amal vertelde dat ze de kunstenaars in residentie zoveel mogelijk met rust liet in de hoop dat ze volwassen genoeg zijn om zelfstandig aan het werk te gaan. Volwassen genoeg dus, en dat zei trashy Amal, die de nacht ervoor dronken achter het stuur haar auto in de prak had gereden. Ik slikte mijn glimlach in en vroeg haar hoe ze de kunstenaars selecteerden. Op vele manieren blijkbaar, zo zijn wij bijvoorbeeld uitgenodigd omdat we aanbevolen werden. Door wie? Heel mysterieus.... Volgende week presenteert Ashkal Alwan ons werk in Tokyo op een kunstmanifestatie, ook heel mysterieus. De nacht ging verder, we hebben gedanst, gedronken, gesprekken gevoerd en uiteindelijk kenden we iedereen. En plotseling was Zigo House leeg en ging de muziek uit.